"Hoe ik de financiële schade inschat voor de meubelsector in België? Die is sowieso groot vermits de meubelwinkels in België twee maanden verplicht gesloten zijn gebleven (tot 11 mei). Omzetgewijs spreken we van ruwweg meer dan 100 miljoen euro inkomstenderving, allicht zelfs dichter bij 200 miljoen. Maar dat is een schatting. En dat verlies zette zich door in de hele keten. Kwam daarbij dat tuincentra en doe-het-zelfzaken enkele weken eerder open mochten gaan, hetgeen oneerlijke concurrentie veroorzaakte tegenover de eigenlijke meubelretailers, zowel van woonmeubilair als van keukens of slaapcomfort."
Dat stelt Fa Quix (foto), directeur-generaal van Fedustria. Zijn federatie vertegenwoordigt 2000 ondernemingen uit de Belgische textiel-, hout- en meubelindustrie. Deze drie sectoren realiseren samen een omzet van 10,7 miljard euro en zijn goed voor bijna 40.000 banen.
Quix zet grote vraagtekens bij het gevoerde beleid door de Belgische overheid. "Of de lockdown de juiste aanpak was, zullen we pas binnen een jaar kunnen beoordelen. Zweden en Nederland pakten het toch enigszins anders aan, niet zonder enig succes", weet hij.
Volgens Quix moet België de vraag stellen "of de regering niet té fel gereageerd heeft door blindelings China te kopiëren met het brutaal op slot doen van grote delen van de economie. En daardoor misschien onnodig veel economische schade heeft aangericht."
Economische schade
De retail en winkels waren al op 20 april coronaproof en klaar om te heropenen. "Maar de regering gaf dat voorrecht alleen aan tuincentra en doe-het-zelf-winkels, daarmee de meubelwinkels en aanverwante zaken benadelend omdat zij gesloten moesten blijven tot 11 mei. Dat verschil van drie weken veroorzaakte nodeloos extra economische schade.
Onze meubelwinkels, en ook de meubelfabrikanten, waren klaar om in veilige omstandigheden de klanten te ontvangen. Ook niet moeilijk om te begrijpen: er is ruimte genoeg in de winkels. En desnoods kon op afspraak worden gewerkt. Het was en is veiliger om klanten te ontvangen in de meubelzaken dan in de supermarkten die nooit gesloten zijn geweest."
Belangrijkste conclusie
Volgens Quix is de belangrijkste conclusie dat bij een latere eventuele heropflakkering de industrie en de handel niét opnieuw gesloten moeten worden. "De bedrijven en de retail kunnen immers meteen hun draaiboek met veiligheidsmaatregelen toepassen, terwijl de nodige investeringen al gedaan zijn (handgels, plexiglas, klantenontvangst etc.) en eventuele bijsturingen op de vloer snel kunnen gebeuren. De verspreiding van de besmetting via die weg is dus zo goed als uitgesloten. De bedrijven zijn nu coronaproof."
Naar de mening van Quix is voortschrijdend inzicht fundamenteel in deze crisis. "Waardoor we dan ook niet meer dezelfde fouten moeten maken, of laat ons eerder spreken van 'overdrijvingen. Bedrijven en winkels kunnen bij een tweede infectiegolf dus perfect open blijven, coronaproof.
Of zoals Luc Bonneux, epidemioloog werkzaam in Nederland, het stelde in dagblad De Standaard: 'De ingrepen blijven beter eenvoudig en beperkt: afstand houden (bv. 1,5 meter), een verbod op massabijeenkomsten en de bescherming van kwetsbare ouderen. Dat drukt de piek het efficiëntst. De rest, van winkels sluiten tot huisarrest opleggen, is tot nader onderzoek, zichzelf geselen.'"
Hoe vindt u dat de betreffende meubelbedrijven (van fabrikant tot retailer) het in deze coronaperiode doen? Wat hadden zij anders moeten doen?
Quix: "Wat hadden zij moeten doen? Het is de overheid die tot deze lockdown beslist heeft, overnight. Als zaakvoerder kan je dit alleen maar ondergaan. Zoals bij een natuurcatastrofe. Natuurlijk moet je niet bij de pakken blijven zitten. Maar wanneer de consumenten niet meer in de fysieke winkels binnen mogen komen, en je haalt net daar het grootste deel van je omzet, dan heb je natuurlijk een gigantisch probleem. Nog steeds willen veel consumenten de meubels fysiek kunnen zien en uitproberen. Het gaat vaak om een belangrijke beslissing, met een grote hap uit het budget. Dat willen de klanten grondig voorbereiden."
Wie vindt u een goed voorbeeld voor andere bedrijven?
"Moeilijk om er één uit te halen. Uit een andere branche vind ik dat Schoenen Torfs dat vrij goed heeft aangepakt: onmiddellijk overgeschakeld op de promotie via de webshop. Met succes, al heeft dat slechts een beperkt deel van het omzetverlies in de schoenenwinkels goedgemaakt. Door het gedwongen thuiszitten hebben vele consumenten in België het online aankopen ontdekt. Daar zal dus meer op moeten worden ingezet door onze retailers."
Hoe kijkt u naar de Nederlandse aanpak als u die vergelijkt met België?
"De winkels in Nederland zijn nooit gesloten geweest. Volgens mij was dat de juiste aanpak. Akkoord, de angst bij de consumenten heeft ervoor gezorgd dat ook in Nederland de omzet flink is teruggelopen, zeker in de eerste weken. Maar nooit helemaal naar nul zoals in België. Voor een bedrijf is het een wereld van verschil tussen nul euro omzet en pakweg de helft van de normale omzet. Dat kan het verschil betekenen tussen overleven en niet overleven."
Wat verwacht u van uw oproep om niet over te gaan tot een tweede lockdown?
"Een nieuwe lockdown bij een zogenaamde tweede golf is echt geen optie. Ik denk dat de publieke opinie dat in België ook niet zou aanvaarden. De mensen hebben immers teveel fouten gezien in het Belgische beleid. En ze weten dat het ook anders kan, zoals bijvoorbeeld Nederland aantoont, maar ook Zweden, Oostenrijk etc. De Belgische overheid beseft dit. Virologe Erika Vlieghe, de voorzitter van de GEES, de groep van experten die de exit uit de coronacrisis uitstippelt in België, zei het zelf ook al in die zin: 'Niemand wil dat.' Een nieuw lockdown, bedoelt ze."