Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Inflatie vervolgt hobbelige weg naar beneden

Na de piek in 2022 was 2023 het jaar waarop inflatie de weg naar beneden inzette. In 2024 zet deze trend verder door, al neemt het tempo waarmee inflatie mindert af. Energieprijzen spelen een minder grote rol. In plaats daarvan drukken arbeidsintensieve diensten, vanwege de toename in arbeidskosten, hun stempel op de inflatie. In 2023 kwam de inflatie gemiddeld uit op 3,8%. In 2024 verwachten wij dat de inflatie daalt tot 2,7% en in 2025 tot 2,2%. Geopolitieke ontwikkelingen, zoals in het Midden-Oosten, zijn het voornaamste risico voor de inflatieramingen. Zo begint ABN Amro hun update over de Nederlanders inflatie.

Uit het vrijdag gepubliceerde cijfer door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat de consumentenprijsindex (CPI) – kortweg de inflatie – in mei uitkwam op een prijsstijging van 2,7% vergeleken met het jaar ervoor. De inflatie kwam in april ook uit op dit cijfer. De inflatie komt sinds de piek in 2022 verder naar beneden. In deze publicatie bespreken we de componenten die het inflatiebeeld van 2024 bepalen. Al met al verwachten we dat de inflatie in 2024 uit zal komen op 2,7% en op 2,2% in 2025, ten opzichte van 3,8% in 2023.


Foto: Dreamstime.

Dalende inflatie in een zwakke macro-context
De daling van inflatie in 2023 vond plaats tegen een zwakke macro-economische context. Naast aanbodschokken, zoals de stijging van energieprijzen of de problemen in aanvoerlijnen in de voorbije jaren, is de stand van de economie belangrijk voor het inflatiebeeld. Het afgelopen jaar nam de economische vraag af. Nederland belandde in 2023 in een recessie, met drie kwartalen van negatieve economische groei. Door de wereldwijde verkrapping van het monetair beleid door centrale banken die de beleidsrentes hebben verhoogd, is de vraagkant van de wereldwijde economie een stuk minder sterk dan in 2022. Dit merkte Nederland in de vraag naar goederen vanuit het buitenland, maar ook binnen Nederland verzwakte de vraag van consumenten.

In het laatste kwartaal van 2023 en het eerste kwartaal van 2024 zagen we een flinke toename van de consumptie. Dit kwam deels door de sterke vraag naar diensten. Doordat diensten voornamelijk arbeidsintensief zijn en de lonen fors zijn gestegen, draagt dit bij aan de langere remweg van inflatie. In een omgeving waarin de vraag zwakker is, is het namelijk minder vanzelfsprekend dat bedrijven hun prijsstijgingen aan de consument kunnen doorberekenen.

Diensten zorgen voor langere remweg inflatie
Ook belangrijk voor de inflatie is het feit dat Nederland nog steeds tegen de capaciteitsgrenzen aanloopt. Het beste voorbeeld hiervan is de arbeidsmarkt. De zwakkere conjunctuur krijgt slechts in de marge vat op de vraag naar arbeid. De arbeidsmarkt draagt zo, via hogere loonstijgingen, bij aan een vertraging van het inflatietempo. Verlies aan koopkracht en een krappe arbeidsmarkt hebben de lonen in Nederland flink doen stijgen.

In de totstandkoming van dienstenprijzen in bijvoorbeeld de horeca of zorg zijn lonen een belangrijke kostenpost. De loonontwikkeling zorgt voor een stijging van de loonkosten per eenheid product, waarmee de loonontwikkeling bijdraagt aan de inflatie via de diensten. Alhoewel het risico op een loon-prijsspiraal beperkt is, kunnen de huidige verhoogde looncijfers ervoor zorgen dat de inflatie boven het 2%-streefdoel van centrale banken blijft. De loongroei heeft inmiddels de piek bereikt en de retour is ingezet, waardoor gedurende het jaar de diensteninflatie in kracht afneemt. Al gebeurt dit langzamer dan andere productcategorieën.

Een klein, maar niet onbelangrijk aspect, is dat het gewicht van de diensten in het inflatiemandje van 2024 is toegenomen. Dit betekent dat de prijsontwikkeling van diensten een grotere invloed heeft op de totale inflatie. Gewichten worden bepaald op basis van uitgavenaandelen van het jaar ervoor: aangezien in 2023 de dienstenconsumptie werd ingehaald is het gewicht van diensten in de inflatie ook toegenomen.

Huren en toegerekende huur vallen ook onder de subcategorie diensten. Aangezien per juli 2024 de maximaal toegestane huurverhoging toeneemt, verwachten wij dat de inflatie van deze subgroep binnen diensten vanaf dan weer iets versnelt. Dit draagt daarom bij aan de lange remweg van de diensteninflatie.

Bron: ABN Amro

Publicatiedatum: