De Nederlandse economie bleef in het derde kwartaal hangen in een technische recessie, in lijn met onze verwachtingen. Of zoals ING het verwoordt: 'de Nederlandse economie kwakkelt verder'. De krimp van -0,2% ten opzichte van het voorgaande kwartaal kwam vooral door afbouw van voorraden en lagere investeringen terwijl ook de export kromp. Dit was onder sectoren vooral voelbaar bij energiebedrijven en in de recreatie, cultuur & sport. Dat meldt ING.
Kleine krimp kwam niet onverwachts
Onze economie bleef hangen in een soort stagnatie. De economie kromp zoals verwacht, maar van een grote terugval is vooralsnog geen sprake. Ten opzichte van een jaar eerder was de economie slechts -0,6% kleiner. Dit maakt dat de economie en de arbeidsmarkt iets minder oververhit zijn.
Afbouw van te groot bevonden voorraden
Het afbouwen van bedrijfsvoorraden is de belangrijkste oorzaak voor de krimp van de economie in het derde kwartaal. Dit drukte het bbp met 0,4%-punt.Bedrijven vonden hun voorraden te groot: de extra voorraden die ze uit voorzorg over wereldwijde leveringsproblemen eerder hadden opgebouwd waren niet meer nodig. Ook zijn de afzetverwachtingen met de tijd verslechterd.
Terugloop over de hele breedte van de fysieke investeringen
De investeringen deden precies waar vele ramers eigenlijk vroeg of laat op rekenden: krimpen. De combinatie van een zwakkere wereldconjunctuur met hogere financieringskosten moest op een gegeven moment tot minder investeringen leiden. Dat is in het derde kwartaal dus gebeurd. De afname van het investeringsvolume haalde ook 0,4%-punt van de economische groei af. De investeringen daalden op allerlei fronten: fysieke investeringen namen allemaal af. In het bijzonder liep de aanschaf van transportmiddelen en (in mindere maar ook substantiƫle mate ook) van machines terug. Alleen investeringen in immateriƫle zaken als onderzoek & ontwikkeling en software & databanken groeiden nog.
Handel krimpt, maar door nog zwakkere invoer was de handelsbalans positief voor de bbp-groei
De handel met het buitenland liep ook terug (-1,6% kwartaal-op-kwartaal) in het derde kwartaal. Vooral de goederenhandel daalde, maar ook de dienstenhandel kromp. Toch had de handelsbalans boekhoudkundig een positief effect (van 0,3%-punt) op de economische groei. Dit komt doordat de goedereninvoer harder terugliep (-2,3%) dan de goederenuitvoer. Buitenlandse consumenten kochten overigens nog wel wat meer in Nederland dan in het tweede kwartaal, maar bereikten nog steeds niet het niveau van voor corona.
Consument koopt evenveel, maar geeft wel weer meer geld uit
Nederlanders kochten in het derde kwartaal evenveel goederen en diensten als in het tweede. In euro's gemeten gaven ze echter wel meer uit. Dat komt doordat de consumptieprijzen gemiddeld hoger lagen. Dit was een verbetering vergeleken met het tweede kwartaal, omdat toen de nominale consumptie van huishoudens zelfs daalde.
Nederlanders kochten meer in het buitenland, maar wel iets minder in het binnenland. In het binnenland vielen de consumptie van diensten en van duurzame goederen lager uit, terwijl er wel weer wat meer gekocht werd in de categorie voeding, drank en genotsmiddelen.
Bron: ING