De geldstromen van Nederlandse bedrijven naar landen met lage belastingtarieven zijn in 2024 verder afgenomen, blijkt uit recente cijfers van De Nederlandsche Bank (DNB). Terwijl deze stromen voorheen vooral bestonden uit royalty's, zoals merk- en auteursrechten, gaat het nu vooral om dividenden.
© Tongsupatman | Dreamstime
Directe investeringen worden door multinationals gebruikt om een aanzienlijk belang in buitenlandse ondernemingen te verwerven en hun wereldwijde bedrijfsstructuren vorm te geven. Nederland heeft hierin een uitzonderlijk grote positie: eind 2024 bedroegen de inkomende directe investeringen 436% van het bbp (€ 4.946 miljard) en de uitgaande 508% van het bbp (€ 5.759 miljard). Veel van deze investeringen betreffen zogenaamde brievenbusfirma's, die hoofdzakelijk financiële functies vervullen zonder productieactiviteiten.
De daling van de stromen naar laagbelastende jurisdicties (LBJ's), zoals Bermuda, de Kaaimaneilanden en Trinidad en Tobago, wordt toegeschreven aan nieuwe wetgeving. Sinds 2021 geldt in Nederland een bronbelasting op rente en royalty's, en vanaf 2024 ook op dividenden. Bovendien is sinds vorig jaar wereldwijd een minimumbelasting van 15% op bedrijfswinsten van kracht.
© DNB
De effecten zijn duidelijk zichtbaar: de inkomens uit royalty's daalden van gemiddeld € 24 miljard in 2015–2019 tot minder dan € 1 miljard in 2024. De totale stromen naar LBJ's via Nederland zijn sinds 2019 sterk afgenomen, van € 37 miljard tot ruim € 6 miljard in 2024. De resterende uitgaande geldstromen bestaan vooral uit dividendbetalingen.
Meer informatie:
De Nederlandsche Bank
Frederiksplein 61
1017XL Amsterdam
0800 020 1068
[email protected]
www.dnb.nl