Zetelfabriek Cammers heeft een investeringsronde van 1,5 miljoen euro afgerond om zijn productieatelier en showroom volledig te moderniseren. Het familiebedrijf, een van de laatste overgebleven vertegenwoordigers van het voormalige Mechelen Meubelstad, vernieuwde zijn machines en technieken en opende een compleet vernieuwde toonzaal. "Goedkoper produceren in het buitenland was voor ons nooit een optie", stellen zaakvoerders Jan Cammers en Mieke Comeyne.
© Cammers
Cammers is gevestigd aan de Winketkaai, op dezelfde locatie waar de fabriek 91 jaar geleden werd opgericht. Vijf jaar geleden startte het bedrijf met de renovatie van de productiehallen, waarbij isolatie, dakbedekking, machines en techniek werden vervangen. "De hallen voldeden niet meer aan de energetische standaarden van vandaag. De ateliers zijn nu volledig gemoderniseerd en bieden onze werknemers aanzienlijk meer comfort, warm in de winter en koel in de zomer", aldus Jan Cammers.
Het bedrijf telt ongeveer 25 medewerkers, een aantal dat al jaren stabiel is. Volgens Mieke Comeyne ligt de kracht van Cammers in de ateliers, waar stoffeerderij, schrijnwerkerij, confectie en kussenproductie samenkomen. De investering profiteert ook de klanten, want de showroom op drie verdiepingen is volledig vernieuwd en biedt een breed scala aan interieurinspiratie. Klanten kunnen meubels bekijken, voelen en ervaren hoe ze in hun interieur passen, inclusief een blik in het ledermagazijn, wat het productieproces tastbaar maakt.
Hoewel de vraag naar stof groeit, blijft Cammers zowel leer als stof aanbieden. Het bedrijf zet in op beleving en persoonlijke begeleiding van klanten, met rondleidingen achter de schermen. Daarnaast werkt Cammers regelmatig voor zakelijke klanten, waaronder horeca, kantoren, winkels en de zorgsector, voor stoffeerwerk van banken, bedden, panelen en wanden.
Tegen de trend in blijft Cammers trouw aan Mechelen. "We zijn een van de laatste sterkhouders van wat vroeger 'Mechelen Meubelstad' werd genoemd. Ons productieproces en de verkoop zijn volledig onder één dak, en dat zie je bijna nergens meer. Zo garanderen we de hoge kwaliteit van onze meubels", zegt Jan Cammers. De meeste medewerkers wonen in de buurt en sommigen werken hun hele carrière bij het bedrijf, waardoor vakkennis en ambachtelijke vaardigheden worden doorgegeven aan jongere collega's.
Het familiebedrijf blijft daarnaast inspelen op individuele wensen van klanten. Waar veertig jaar geleden keuze beperkt was tot een paar salons en kleuren, is het assortiment nu zoveel mogelijk afgestemd op persoonlijke smaak. Duurzaamheid en circulariteit zijn eveneens een belangrijk aandachtspunt. Herstofferen en herstellen van bestaande meubelen maakt ongeveer twintig procent van het werk uit. Volgens Jan Cammers is het herbekleden van een zetel na twintig jaar veel duurzamer dan het aanschaffen van meerdere goedkope exemplaren die sneller afgeschreven zijn.
Cammers kent een lange geschiedenis. Henri Cammers richtte de fabriek in 1934 op nadat zijn Mechels meubelatelier sloot na de beurscrash van 1929. Hij kocht extra panden aan en breidde de fabriek uit. Met de komst van televisie steeg de vraag naar zetels, en het bedrijf groeide gestaag. Zijn zonen namen het bedrijf over in de jaren zestig en professionaliseerden de productie, waarna in de jaren zeventig en negentig het fabrieksgebouw werd uitgebreid en van een glazen gevel voorzien.
Jan Cammers trad in 2003 toe tot het familiebedrijf. "Van kinds af aan wist ik dat dit mijn plek was. Ik liep met mijn grootvader door de fabriek en leerde zo de stiel. Na mijn studies nam ik geleidelijk de leiding over van mijn vader, die onze ontwikkelingen nog altijd volgt. Ik ben trots dat we een firma met zoveel geschiedenis zijn en dat die nog altijd floreert. Er wordt vaak gezegd dat de derde generatie bedrijven naar de knoppen helpt, maar wij bewijzen het tegendeel", besluit hij.
Bron: HLN
