De vijfdaagse werkweek bestaat bijna honderd jaar, maar onze manier van werken en leven is sindsdien ingrijpend veranderd. Toch blijft het traditionele schema grotendeels onaangetast, met flinke gevolgen voor werknemers en organisaties. Jaarlijks vallen tienduizenden mensen uit door stressgerelateerd verzuim, en veel werknemers kiezen vroegtijdig voor deeltijd of vervroegd pensioen om het werk vol te houden.
© Anyaberkut | Dreamstime
Toen de vijfdaagse werkweek werd ingevoerd, betekende dat een enorme vooruitgang: een sociale, politieke en economische doorbraak die het leven van velen verbeterde. Inmiddels is het echter vooral een traditie. Sinds de verschuiving van zes naar vijf werkdagen is de werkdruk aanzienlijk toegenomen, mede door langere pensioenleeftijden, complexere taken en technologische ontwikkelingen. Werk is sneller, veeleisender en minder afgestemd op het menselijk ritme dan ooit tevoren.
De discussie over kortere werkweken stuit vaak op dezelfde tegenargumenten als honderd jaar geleden: verlies van productiviteit, economische schade en arbeidsmarktkrapte. Onderzoek toont echter aan dat een vierdaagse werkweek deze zorgen overstijgt: uitval neemt af, productiviteit stijgt en werknemers blijven langer gezond en gemotiveerd aan het werk.
Volgens de FNV is de vierdaagse werkweek geen experiment, maar een noodzakelijke stap richting toekomstbestendig werk. Het gaat niet om de vraag of het kan, maar of we de keuze durven te maken. Voor organisaties en werknemers biedt een modernere werkweek een antwoord op de uitdagingen van de 21ste eeuw.
Bron: FNV