Practor Peter Henk Steenhuis van Firda reflecteert in zijn column voor Het Friesch Dagblad op de waarde van ambachtelijk vakmanschap en op zijn eigen keuzes als consument.
Hij beschrijft hoe hij in zijn straat meerdere afgedankte banken zag staan. Hoewel sommige nog bruikbaar leken, waren ze vooral voorbeelden van massaproductie: spaanplaat in plaats van massief hout, goedkope schuimvulling in plaats van duurzaam materiaal. Thuis ontdekte Steenhuis dat ook zijn eigen bank, nog geen twee jaar oud, in die categorie viel. "Veel te vaak belijd ik lippendienst aan vakmanschap, maar uiteindelijk koos ik toch voor een aanbieding van de meubelboulevard", schrijft hij.
© Peter Henk Steenhuis
Peter Henk Steenhuis.
Zijn blik op meubels veranderde toen hij meubelmaker in opleiding Pepijn Stel sprak. Die vertelde hoe hij dunne latjes hout buigt met een zelfgemaakte mal, een proces waarin denken, voelen en doen samenkomen. Volgens denker Richard Sennett is dat precies wat vakmanschap kenmerkt: de intrinsieke wens om een taak goed te doen, puur om het goed doen zelf.
Steenhuis benadrukt dat wie kiest voor meubels van een vakman, méér koopt dan een stoel of tafel. Het gaat om tijd, aandacht en liefde voor het materiaal. Ambachtelijke meubels zijn bovendien duurzamer, beter te repareren en gaan langer mee. "Ik schaam me bijna voor mijn eigen bank", besluit hij. "Maar één geluk: als hij straks stukgaat, koop ik er een van een echte vakman."
Lees hier de complete column van Peter Henk Steenhuis bij Het Friesch Dagblad.