Noor Visser (20) mag van de rechter niet samenwonen met haar vriendinnen in haar eigen woning in Zwolle. De gemeente Zwolle stelde dat sprake zou zijn van kamerverhuur en dreigde met een 'last onder dwangsom'. De rechtbank oordeelde dat de gemeente daarin gelijk heeft. Dat meldt De Stentor.
© Noor Visser
Noor kocht de woning in Assendorp met geld uit een erfenis na het overlijden van haar vader. Samen met haar vriendinnen fantaseerde ze over het vormen van één huishouden, zonder kamers te willen verhuren. "Dat is helemaal niet de intentie", zei ze eerder in de rechtszaal, "we willen één huishouden zijn."
De gemeente Zwolle maakt echter onderscheid tussen een traditioneel gezinshuishouden en een studentenhuishouden. Volgens het college zorgen studenten voor meer aanloop en geluidsoverlast, onder andere vanwege hun sociale leven. "Studenten hebben een andere levensstijl, met meer vriendschappen dan een gezin", aldus een woordvoerder van de gemeente.
De rechter stelde dat er voldoende concrete aanwijzingen zijn dat sprake zou kunnen zijn van kamerverhuur. Daarbij verwees de rechtbank naar een telefoongesprek met de gemeente waarin plannen voor samenwonen besproken werden, alsmede naar een geplaatste muur op de begane grond en een vergunningaanvraag voor een brandwerende scheidingswand in de badkamer.
Als Noor alsnog gaat samenwonen met haar vriendinnen, riskeert ze een dwangsom van 1.500 euro per week, met een maximum van 15.000 euro. "Ik moet nadenken wat ik nu ga doen", zegt ze. "Het is een gekke situatie."
Bron: De Stentor
