Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

KvK deelt waslijst aan tips: 'Hier moet je opletten als je woonaccessoires importeert'

Als je woonaccessoires importeert, kom je verschillende regels tegen. Zo moet je de producteisen kennen en weten uit welke materialen je product bestaat. Bij import uit landen buiten de EU zijn er douaneregels.

Woonaccessoires zijn er in verschillende soorten en materialen. Bijvoorbeeld rieten manden, kunststof vazen, houten beeldjes, keramische bloempotten en wollen vloerkleden. In de EU zijn Duitsland, Frankrijk, Italië en Polen belangrijke leveranciers. Van buiten de EU importeert Nederland woonaccessoires uit landen als China, Vietnam, India en Turkije.



Producteisen
De Europese richtlijn (2001/95/EG) voor algemene productveiligheid beschermt consumenten. Europese producenten moeten consumenten informeren over veiligheids- en gezondheidsrisico's van hun producten. Dit is ook zo voor importeurs die hun producten van buiten de Europese Economische Ruimte (EER) importeren. Op 13 december 2024 gaat de verordening Productveiligheid (2023/988) in. Deze vervangt dan de richtlijn voor algemene productveiligheid.

Voor woonaccessoires zijn extra producteisen. Deze hangen af van het gebruikte materiaal en hoeveel gevaar het product oplevert. Er zijn ook invoerregels. Hieronder vind je de meest voorkomende eisen en regels voor woonaccessoires

Woonaccessoires van hout
De Europese Houtverordening (EUTR, European Timber Regulation) verbiedt het in de EER op de markt brengen van illegaal gekapt hout en producten daarvan. Bijvoorbeeld houten lijsten voor schilderijen, foto's en spiegels. En ook kratten van hout en bepaalde meubelen van hout voor gebruik in woon-, eet- en slaapkamers. Houten zitmeubelen vallen niet onder de EUTR. Als je houtproducten importeert die onder de EUTR vallen, moet je weten van welke boomsoort het hout komt en in welk land het is gekapt.

De Europese Ontbossingsverordening (EUDR, European Union Deforestation-free Regulation) vervangt vanaf 30 december 2024 grotendeels de Europese Houtverordening (EUTR). De EUTR blijft dan tot 2028 alleen nog gelden voor hout dat vóór 29 juni 2023 is gekapt en vanaf 30 december 2024 in de EU op de markt komt.

EUDR, ontbossingsvrije producten
De European Ontbossingsverordening (EUDR) is een Europese wet die ontbossing tegengaat. De wet richt zich op grondstoffen die vaak bijdragen aan ontbossing, onder andere hout. Maar ook op producten die van hout worden gemaakt zoals meubels. Je moet als importeur bewijzen dat deze producten niet afkomstig zijn van ontboste gebieden.

De wet gaat in op 30 december 2024. Voor microbedrijven en kleine bedrijven gaat de wet in op 30 juni 2025. Microbedrijven en kleine bedrijven zijn volgens de EUDR bedrijven die minimaal aan twee van de volgende criteria voldoen

  • Minder dan 50 werknemers.
  • Minder dan 4 miljoen euro omzet.
  • Minder dan 8 miljoen euro balanstotaal.

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) controleert of importeurs zich houden aan de EUDR. Informatie over de EUDR vind je op de website van NVWA.

FLEGT-vergunning
De EU sluit vrijwillige partnerschapsovereenkomsten (VPA's) met verschillende landen die hout exporteren. In deze VPA's beloven de partnerlanden dat het hout en de houtproducten uit hun land afkomstig zijn van legale houtkap. Het doel van de VPA's is dat je gereguleerd hout importeert met een FLEGT-vergunning. FLEGT staat voor Forest Law Enforcement, Governance and Trade.

Op dit moment is een FLEGT-vergunning alleen verplicht voor bepaalde houtsoorten en houtproducten die je uit Indonesië invoert. Bijvoorbeeld voor houten zitmeubelen en andere houten meubelen voor woon-, eet- en slaapkamers. Een volledige lijst van producten waarvoor een FLEGT-vergunning uit Indonesië nodig is vind je in een besluit (2015/1158) van de Europese Commissie.

Bedreigde dier- en plantensoorten
CITES is de Convention on International Trade in Endangered Species of wild flora and fauna. Deze overeenkomst tussen 183 landen gaat over de internationale handel van bedreigde plant- en diersoorten. Het voorkomt het uitsterven van bedreigde dieren en planten. CITES is er ook voor woonaccessoires waarin bedreigde plant- en diersoorten zijn verwerkt. Voor sommige soorten is de handel helemaal verboden. Voor andere soorten zijn invoerbeperkingen.

Verlichtingsartikelen
Lampen en verlichtingsarmaturen die op de EER-markt komen hebben CE-markering nodig. Op deze producten staat dan het CE-merkteken. Dit teken geeft aan dat de producten voldoen aan bepaalde minimumeisen voor veiligheid, gezondheid en milieu. Deze eisen vind je terug in Europese CE-richtlijnen.

CE-richtlijnen
Voor lampen en verlichtingsarmaturen zijn er de Laagspanningsrichtlijn, de EMC-Richtlijn en soms ook de Richtlijn Radioapparatuur. De Richtlijn Radioapparatuur is bijvoorbeeld van toepassing op LED-verlichting die een zender en ontvanger heeft voor radiogolven. Geldt de Richtlijn Radioapparatuur voor het product? Dan is de EMC-richtlijn niet van toepassing.

Andere CE-richtlijnen voor verlichtingsartikelen zijn de Ecodesign Richtlijn voor efficiënter energieverbruik. En de RoHS-Richtlijn voor het beperken van het gebruik van gevaarlijke stoffen in elektr(on)ische artikelen. Op de website van RVO vind je meer informatie over deze richtlijnen.

WEEE-richtlijn
Breng je als eerste verlichtingsartikelen op de Nederlandse markt? Dan moet je je houden aan de WEEE-richtlijn. Deze richtlijn gaat over afgedankte elektrische en elektronische apparatuur inzamelen en verwerken (AEEA). Je schrijft je in bij Stichting OPEN en meldt wat je aan verlichtingsartikelen op de markt brengt. Stichting OPEN zamelt de producten aan het einde van de levensduur in en zorgt voor de sortering en recycling ervan. Dit doet Stichting OPEN ook voor gebruikte batterijen in verlichtingsartikelen. Je betaalt hiervoor een afvalbeheerbijdrage.

Beperken chemische stoffen
In woonaccessoires zitten soms chemische stoffen die schadelijk zijn voor de gezondheid. Denk aan schadelijke chemische stoffen die voorkomen in of op textiel, hout, kunststof, glas of keramiek. De Europese wet REACH beschermt mens en milieu tegen de gevaren van deze stoffen. REACH verbiedt of beperkt het gebruik of de invoer van bepaalde schadelijke chemische stoffen in de EU. REACH heeft ook regels voor chemische stoffen in producten. Heb je vragen over REACH, neem dan contact op met de REACH-helpdesk.

In REACH staan verschillende verantwoordelijkheden voor:

  • Bedrijven die producten importeren uit landen buiten de EER. REACH noemt deze bedrijven importeurs.
  • Bedrijven die producten importeren uit landen die horen bij de EER. REACH noemt deze bedrijven distributeurs.

Productaansprakelijkheid
Importeer je woonaccessoires uit landen buiten de EER? Of koop je deze producten in de EER, maar hang je er je eigen label of merknaam aan? Dan ben je aansprakelijk voor schade veroorzaakt door een gebrek aan de producten. Zorg dat je producten aan de eisen voldoen. Je kunt je tegen productaansprakelijkheid verzekeren.

Importeren uit land buiten de EU
Als je woonaccessoires importeert uit een land buiten de EU doe je een invoeraangifte bij de douane. Meestal regelt je vervoerder of douane-expediteur dit voor je. Hiervoor vragen zij een vergoeding. Vaak schieten ze ook mogelijke invoerrechten en invoer-btw voor. Verder heb je een EORI-nummer nodig. Dit identificatienummer is verplicht bij activiteiten met de douane.

Minder invoerrechten door handelsverdrag
Als je woonaccessoires importeert uit landen waarmee de EU een handelsverdrag heeft, betaal je vaak minder of geen invoerrechten. Dit heet tariefpreferentie. De woonaccessoires moeten dan van preferentiële oorsprong zijn uit het verdragsland. Dit betekent dat de producten toereikend zijn bewerkt en gemaakt in het verdragsland.

De preferentiële oorsprong bewijs je bij invoer met een preferentieel oorsprongscertificaat of -verklaring. Welk oorsprongscertificaat of -verklaring je nodig hebt, hangt af van het verdragsland. In Access2Markets staat een overzicht van landen waarmee de EU een handelsverdrag heeft.

Niet-preferentieel tariefcontingent
Voor sommige handgemaakte woonaccessoires heb je bij invoer uit bepaalde landen een niet-preferentieel tariefcontingent. Dit betekent dat je deze producten bijvoorbeeld voor de periode van een jaar zonder invoerrechten mag invoeren. Voorwaarde is dat je bij invoer een echtheidscertificaat laat zien. Dit is een speciaal certificaat voor handicrafts ofwel met de hand vervaardigde producten. Je leverancier vraagt dit certificaat aan bij de officiële instantie in diens land.

Voor het contingent is een maximale invoerhoeveelheid vastgesteld. Is de hoeveelheid bereikt? Dan betaal je vanaf dat moment weer invoerrechten ook al is de periode van een jaar nog niet voorbij.

Invoer-btw
Bij invoer van woonaccessoires in Nederland betaal je 21% Nederlandse btw. Deze btw mag je in je btw-aangifte aftrekken als voorbelasting als je recht hebt op btw-aftrek. Importeer je regelmatig uit landen buiten de EU? Met een vergunning artikel 23 van de Belastingdienst betaal je de btw niet op het moment van invoer. Je mag de btw dan verleggen naar je btw-aangifte. Zo houd je meer geld in kas.

Bron: KvK

Publicatiedatum: