Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Fa Quix van Belgische federatie van textiel-, hout- en meubelindustrie:

‘Groen industrieplan’ is niet de juiste weg naar een sterkere industrie in Europa

'Omdat de Amerikaanse President Biden uitpakte met zijn Inflation Reduction Act (IRA) waarvoor hij een subsidiepot van liefst circa 370 miljard dollar veil heeft, vindt Europees Commissievoorzitter Von der Leyen dat Europa krachtig moet ‘terugslaan’. Zij bevestigde deze week de eerder verklaarde ideeën om een groen Europees industriebeleid te voeren. Dat klinkt goed natuurlijk, maar is het ook effectief een goed idee?' Op die vraag geeft Fa Quix (zie foto), directeur-generaal van de Belgische federatie van de textiel-, hout- en meubelindustrie Fedustria, antwoord.




'Wat de Europese Commissie nu voorstelt met haar ‘groen industrieplan’ is niet de juiste weg naar een groene en sterkere industrie in Europa.
Welnee. En wel om meer dan één reden. Om te beginnen wil dat plan enkele sectoren en daarin enkele bedrijven bevoordelen. Want de steun die Europa wil verlenen – van subsidies uitdelen tot snellere vergunningen gaande over soepelere regels van staatssteun – geldt niet voor de gehele industrie in Europa. Wij uit de maakindustrie, waar de textiel-, hout- en meubelindustrie toe behoren, komen alvast niet in aanmerking. Wie dan wel? Alles en iedereen die wat te maken heeft met ‘hernieuwbare energie’: productie van batterijen, van zonnepanelen (waarvan nog amper 3% in Europa wordt gemaakt, de rest komt quasi allemaal uit China, dus sowieso een verloren strijd), windturbines, warmtepompen, elektrochemische cellen, de ‘zeldzame aardmetalen’, en CO2-opslagsystemen…

Vooral de lidstaten zelf zouden die financiële ondersteuning mogen geven aan hun bedrijven. Het is evident dat landen zoals Duitsland en Frankrijk die ‘diepe zakken’ hebben hun ‘groene’ bedrijven daarmee gaan helpen. Landen zoals België hebben die middelen niet. Concurrentieverstoring zal er het duidelijke gevolg van zijn. Weg gelijk speelveld. Die beide genoemde landen hebben in de coronacrisis trouwens ook al de zwaarste tussenkomsten gedaan: liefst 77% van de nationale corona-staatssteun die de EU-Commissie goedkeurde werd gegeven in… deze twee landen. En de Europese Commissie denkt er aan om daar bovenop nog eens miljarden euro voor vrij te maken.

We krijgen dus een soort van eersterangs- en tweederangssectoren, waar de eerste een duidelijk geprivilegieerde status krijgen. Dat ruikt naar crony capitalism. Alsof andere industriële bedrijven, bv. in de textiel-, hout-, en meubelsector, niet zouden innoveren en daar ook niet graag een steuntje in de rug voor zouden willen krijgen. Alsof onze productiebedrijven uit de maakindustrie ook niet wat graag snellere en soepelere vergunningsprocedures zouden willen zien. En als de regels voor staatssteun zouden worden versoepeld – hetgeen wij op zich zeker niét vragen – dan moet dat voor álle bedrijven en sectoren gelden, en niet enkel voor een select groepje van ‘uitverkorenen’.

Met dit top-down-beleid bezondigt de Europese Commissie zich aan een verwerpelijk dirigisme. Zij zou er integendeel moeten voor zorgen dat de hele industriële basis in de Europese Unie wordt versterkt. Daarbij moet zij er vooral voor ijveren dat de interne markt beter gaat functioneren. Dat vergroot immers de kansen voor alle bedrijven die er hun zaken willen uitbouwen. Want er zijn helaas nog steeds tal van nationale obstakels en zelfs verdoken protectionisme in lidstaten, waardoor onze bedrijven lang niet het hele potentieel van de interne markt kunnen benutten. Dáár zou von der Leyen een prioriteit van moeten maken.

En verder: álle bedrijven in de EU moeten mee zijn in de beoogde groene en digitale transitie, die elk productiebedrijf handenvol geld zal kosten. Daarom is het voorbehouden van de nieuwe innovatiesteun voor slechts de geselecteerde groene sectoren een onaanvaardbare discriminatie. Neen, wat de Europese Commissie nu voorstelt met haar ‘groen industrieplan’ is niet de juiste weg naar een groene en sterkere industrie in Europa', besluit Fa Quix zijn wekelijkse blog.

Publicatiedatum: